Ontmoeting
Je ogen toe,
zo teder zacht,
zo gracieus
een zoet gebaar.
Sierlijke pas,
zo zot en vrij
in’t diepst genot
van’t leven.
Een volle teug
uit glinsterend glas;
ik wilde graag
dat ik glas was.
Een snelle blik
ondeugend blij;
een lichte lach
ging mij voorbij.
Een krul in’t licht,
roodglanzend zweet:
een zachte kus
was jouw gezicht.
Prille verliefdheid voor één nacht,
waarom zou ik nog treuren.
’t Was karnaval, en “alles mocht”,
dan kan zoiets gebeuren!